Wat verandert er in 2023 op het gebied van belasting?
De belastingplannen van 2023 staan bijna volledig in het teken van koopkracht. Want nu de koopkracht van veel Nederlanders rigoureus daalt, klinkt steeds vaker de roep om (meer) ingrijpen vanuit de overheid. Hieronder leest u hoe de regering dat in 2023 gaat doen.
We bespreken de belangrijkste veranderingen op het gebied van:
Energie
Prijsplafond energiekosten
Vanaf 1 januari 2023 gaat iedereen voor een deel van het gas- en elektriciteitsgebruik hetzelfde betalen als in januari 2022, toen de oorlog in Oekraïne nog niet was uitgebroken. Dat prijsplafond geldt tot een gemiddeld verbruik per huishouden, wat uitkomt op 1200 m3 gas en 2400 kWh elektriciteit. Een gemiddeld huishouden bespaart daarmee €2.280 aan kosten.
Over dat verbruik betaalt u vanaf 1 januari 2023 dus een lager tarief. Voor al het verbruik ná dit plafond, betaalt u de huidige marktprijs. Overigens wordt het voorschotbedrag – het bedrag dat u maandelijks aan uw energieleverancier betaalt – al vanaf 1 november verlaagd.
Verhoging eenmalige energietoeslag
Dit jaar kregen mensen die moeite hadden om hun energierekening te betalen een eenmalige energietoeslag. In 2023 is er weer zo’n eenmalige toeslag, maar dan hoger: in plaats van € 500, wordt er in 2023 eenmalig € 1.300 uitgekeerd. De eisen hiervoor verschillen per gemeente, maar over het algemeen hebben de mensen met een inkomen tot 120% van de bijstandsnorm hier recht op.
Btw op brandstoffen blijft laag
Eerder dit jaar verlaagde het kabinet de btw op brandstoffen van 21% naar 9%. Dat zou oorspronkelijk tot 1 januari 2023 duren, maar die maatregel wordt verlengd tot 1 juli 2023. Ook de verlaagde accijns op brandstof blijft in in ieder geval tot 1 juli 2023 behouden.
Inkomen
(Iets) minder inkomstenbelasting
Werkende Nederlanders gaan vanaf 2023 iets minder belasting betalen in de eerste schijf (het inkomen tot € 69.399). Het belastingtarief over het inkomen in die eerste schijf gaat namelijk omlaag met 0,14 procentpunt. Wie een inkomen van € 50.000 per jaar heeft, betaalt € 70 minder inkomstenbelasting.
2022 | 2023 | |
---|---|---|
Inkomstenbelasting 1e schijf | 37,07% | 36,93% |
Betaalde IB bij bruto inkomen van € 50.000 | € 18.535 | € 18.465 |
Een (flink) hoger minimumloon
Er lag al een plan klaar om het minimumloon in drie stappen telkens met 2,5% te verhogen, maar dat plan is van de baan. In plaats daarvan kiest het kabinet voor een drastischer besluit: het minimumloon gaat namelijk met liefst 10% omhoog (per 2023). Deze verhoging geldt ook voor het AOW en het bijstandsinkomen.
Hogere toeslagen
Ook het kindgebonden budget gaat omhoog. Dat is een bijdrage voor mensen met lagere inkomens en minstens 1 kind, mits ze aan bepaalde voorwaarden voldoen. Ook andere toeslagen, zoals de huurtoeslag (€16,94 extra per maand) en de zorgtoeslag (ongeveer €34 extra per maand) gaan omhoog. Deze toeslagen gelden alleen voor mensen wiens inkomen niet te hoog is.
Arbeidskorting omhoog
De arbeidskorting wordt vanaf 2023 jaarlijks verhoogd. Hierdoor gaat werken meer lonen voor mensen met een inkomen tot € 115.000 per jaar. Bovendien wordt extra uren werken daardoor in alle gevallen voordeliger voor mensen met een inkomen van € 11.000 tot € 37.000. De korting is afhankelijk van de leeftijd en het inkomen, maar hieronder ziet u een paar voorbeelden van hoeveel de hogere arbeidskorting kan opleveren:
- € 472 voordeel bij een inkomen van € 23.000
- € 521 voordeel bij een inkomen van € 37.000
- € 313 voordeel bij een inkomen van € 70.000
Afbouw algemene heffingskorting
Iedere Nederlander heeft recht op algemene heffingskorting (een korting op de belasting) als het inkomen in box 1 (inkomen uit werk) niet hoger is dan € 69.398. Vanaf 1 januari 2023 gaat ook het inkomen uit box 2 en box 3 meetellen. Mensen die relatief weinig verdienen in box 1, maar wel veel geld verdienen met bijvoorbeeld de verhuur van een woning, komen daarom mogelijk niet meer in aanmerking voor de algemene heffingskorting.
De woningmarkt
Huurverlaging voor mensen met een laag inkomen
Ongeveer 500.000 huishoudens die een huurwoning van een corporatie bewonen krijgen vanaf 1 juli 2023 een huurverlaging. Gemiddeld besparen die huishoudens hierdoor € 57 per maand. Het kabinet probeert op die manier financieel kwetsbare Nederlanders te ondersteunen.
Verhoging overdrachtsbelasting
De overdrachtsbelasting voor personen die een huis kopen waarin ze zelf niet gaan wonen, gaat omhoog: van 8% naar 10,4%. Zij moeten hierdoor meer belasting betalen over de aanschafwaarde van het vastgoed. Dit moet beleggers op de woningmarkt ontmoedigen, en zo starters en doorstromers meer mogelijkheden bieden. Het hogere tarief geldt overigens ook voor ondernemers die een nieuw bedrijfspand aanschaffen.
Versobering leegwaarderatio
Wie momenteel als privépersoon een woning heeft en dat verhuurt, betaalt belasting over de waarde van de woning. Die waarde valt namelijk onder het vermogen in box 3. Hierbij wordt echter niet gerekend met de WOZ-waarde van de woning, maar met de leegwaarderatio. Dit leidt tot minder belasting.
Die leegwaarderatio wordt vanaf 1 januari 2023 versoberd, waardoor privé personen die hun huis verhuren meer belasting gaan betalen. De leegwaarderatio is niet van toepassing bij vakantiewoningen, bedrijfspanden of tijdelijk verhuurde woningen.
Ondernemers
Afschaffing middelingsregeling
Momenteel houdt de overheid rekening met mensen die een sterk wisselend inkomen hebben. Dat doet het met de middelingsregeling: Het inkomen uit de laatste 3 jaren mag dan door 3 gedeeld worden en over het gemiddelde inkomen wordt met terugwerkende kracht belasting geheven.
Dat is handig voor – bijvoorbeeld – ondernemers die in 2020 en 2021 een hoog inkomen hadden, maar in 2022 niet. Dankzij de middelingsregeling kunnen zij een bedrag terugkrijgen van de Belastingdienst.
Dat is straks verleden tijd, want die middelingsregeling wordt afgeschaft. De periode 2022-2024 wordt het laatste tijdvak waarover u de middelingsregeling kunt toepassen.
Afschaffing van de FOR (fiscale oudedagsreserve)
De fiscale oudedagsreserve is een bedrag dat ondernemers fiscaal vriendelijk opzij mogen zetten, zodat zij gemakkelijk een persoonlijk pensioenpotje kunnen opbouwen. Ondernemers mogen een deel van de winst als FOR opzijzetten, en hoeven over dat bedrag dan geen winstbelasting te betalen. Althans, niet direct: de belastingheffing wordt uitgesteld.
Wie de onderneming staakt, moet namelijk alsnog belasting betalen over het totale bedrag dat aan FOR gereserveerd is. Het geld kan dan worden uitgekeerd via een lijfrente-uitkering, waarvan iedere uitkering belast is.
Er is alleen een probleem: de FOR is slechts een boekhoudkundige reservering. Zzp’ers mogen van het belastingvoordeel gebruikmaken, maar zijn dan niet verplicht om ook daadwerkelijk een bedrag apart te zetten. Sommige zzp’ers genieten dus wel van het belastingvoordeel, maar zetten de FOR niet daadwerkelijk opzij.
Daarom wordt de FOR nu dus opgedoekt. Heeft u al FOR opzijgezet? Dan kunt u die gewoon laten staan. U mag vanaf 2023 dus alleen geen nieuwe reservering doen. En als u de onderneming staakt, kunt u de FOR volgens de al bestaande regels laten vrijvallen
Meer vennootschapsbelasting voor nv’s en bv’s
Wie eigenaar is van een nv of bv, moet vennootschapsbelasting betalen. Daarvoor gelden momenteel twee belastingtarieven: 15% winst over alle winst tot € 395.000, en 25,8% over alle winst daarboven. Vanaf 2023 gaat die grens van € 395.000 fors omlaag, naar € 200.000. Bovendien wordt het lagere tarief verhoogd van 15% naar 19%. Sommige ondernemers gaan hierdoor dus meer vennootschapsbelasting betalen.
Momenteel is de situatie als volgt:
2022 | |
---|---|
15% vennootschapsbelasting over alle winst tot | €395.000 |
25,8% vennootschapsbelasting over alle winst vanaf | €395.000 |
En vanaf 1 januari 2023 is de situatie als volgt:
2023 | |
---|---|
19% vennootschapsbelasting over alle winst tot | €200.000 |
25,8% vennootschapsbelasting over alle winst vanaf | €200.000 |
Vermogen
Een hogere vrijstelling voor vermogensbelasting
Momenteel is de vrijstelling voor vermogensbelasting €50.650. Over dat deel van uw vermogen in box 3 (spaargeld, beleggingen) hoeft u geen vermogensbelasting te betalen. In 2023 gaat die vrijstelling omhoog naar €57.000.
2022 | 2023 | |
---|---|---|
Vrijstelling vermogensbelasting | € 50.650 | € 57.000 |
Rechtvaardiger belasten in box 3
Momenteel wordt er bij het rendement op vermogen geen rekening gehouden met het daadwerkelijke rendement. Vanaf 2023 verandert dat. De Belastingdienst kijkt dan naar de verdeling tussen spaargeld en beleggingen en welke rendementen daarbij horen. Heeft iemand alleen spaargeld en zijn de spaarrentes laag, terwijl de rendementen op beleggingen hoog zijn? Dan betaalt iemand met (bijvoorbeeld) € 200.000 aan spaargeld straks minder belasting dan iemand met € 200.000 aan beleggingen.
Voor de berekening wordt het totale vermogen (minus de vrijstelling en eventuele schulden) vermenigvuldigd met een rendementspercentage (gebaseerd op de actuele rentes en rendementen op beleggingen). Het bedrag dat hier uitkomt is het inkomen uit vermogen, waarover burgers 31% belasting betalen. Dit tarief van 31% wordt jaarlijks met 1% verhoogd tot 34% in 2025.
Afschaffing jubelton
Om oneerlijkheid op de huizenmarkt tegen te gaan, schaft de overheid vanaf 1 januari 2023 de jubelton (officieel: eenmalig verhoogde vrijstelling eigen woning) af. Ouders hebben momenteel de mogelijkheid om eenmalig een bedrag van € 106.671 aan hun kind(eren) te schenken, zonder dat hierover schenkbelasting betaald moet worden. Dit bedrag moet dan gebruikt worden voor de aankoop van een woning.
Vanaf 1 januari 2023 wordt de vrijstelling verlaagd naar € 27.231. Vanaf 1 januari 2024 verdwijnt deze vrijstelling in zijn geheel.
Momenteel bestaat er óók de mogelijkheid om eenmalig € 27.231 te schenken aan een kind, zonder dat daarover schenkbelasting betaald hoeft te worden. Dit bedrag kan vrij besteed worden. Vanaf 1 januari 2023 kan er eenmalig € 27.231 belastingvrij geschonken worden: óf vrij besteedbaar, óf voor de aanschaf van een woning.
Disclaimer
Het verhaal hierboven is niet alomvattend. We behandelen alleen de punten waarvan we denken dat deze voor onze klanten interessant of van belang zijn.