Veel mensen denken pas op latere leeftijd aan hun pensioen. Ze vinden het misschien wel belangrijk, maar dat is het opruimen van de kledingkast ook en dat voelt vaak net iets urgenter. Toch is het verstandig om er nu al mee bezig te zijn, óók als uw pensioen nog ver weg is.

Pensioen is tegenwoordig minder zeker dan vroeger. De AOW staat onder druk, en het pensioen van uw werkgever gaat afhankelijk worden van uw rendementen. Wie vandaag begint, heeft later meer rust en vrijheid.

Hoe zeker is de AOW nog?

De AOW is een basisuitkering die iedereen in Nederland krijgt vanaf de pensioenleeftijd. Omdat politici weten dat het nooit een populaire zet is om aan die pensioenen te sleutelen, verandert er op korte termijn waarschijnlijk weinig aan de AOW.

Maar op de langere termijn is de situatie minder veilig. In de vorige eeuw werd de AOW nog helemaal betaald uit de premies van werkenden. Maar door de vergrijzing zijn er tegenwoordig relatief minder werkenden en meer gepensioneerden. Sinds 2001 wordt de AOW daarom deels met belastinggeld betaald.

In 2024 werd voor het eerst meer dan de helft van de ruim 52 miljard euro aan AOW-uitkeringen betaald met belastinggeld (CBS). Dat maakt de AOW een steeds grotere kostenpost en roept de vraag op hoe zeker de AOW in de toekomst blijft.

AOW in het nieuwe pensioenstelsel

Vanaf je achttiende tot je pensioen voor dezelfde baas werken mét een pensioenregeling, dat zie je bijna niet meer. Het is normaal om meerdere keren van baan te wisselen, tijdelijk als zelfstandige te werken of een periode verlof te nemen om bijvoorbeeld de wereld rond te reizen. Dat zorgt sneller voor gaten in de pensioenopbouw.

Daar komt bij dat het pensioenstelsel verandert. Het oude pensioenstelsel ging uit van vaste uitkeringen, maar die beloftes werden steeds lastiger vol te houden als gevolg van de vergrijzende bevolking en een periode met zeer lage rentes. Het nieuwe pensioenstelsel maakt pensioen persoonlijk en afhankelijk van beleggingsresultaten. Dat geeft meer transparantie, maar ook wisselende verwachtingen voor het uiteindelijke pensioen.

Dus zelfs als uw werkgeverspensioen goed voor elkaar is en u op AOW kunt rekenen, kan een eigen pensioenpotje geen overbodige luxe zijn.

Hoe eerder u begint, hoe makkelijker het wordt

Liever laat dan nooit, maar het liefst begint u zo vroeg mogelijk met het opbouwen van dat pensioenpotje. Dat komt door het rente-op-rente-effect. Geld dat u inlegt, levert rendement op. En dat rendement gaat op zijn beurt ook weer rendement behalen.

Voorbeeld! Stel dat u vanaf uw 25e elk jaar € 1.000 inlegt met een rendement (na kosten) van 4% per jaar. Dan groeit de waarde veel harder dan wanneer u pas op uw 45e begint. Aan de stippellijn ziet u dat er ook langer en dus meer wordt ingelegd, maar het rendement stapelt zich op door het rente-op-rente-effect.

Pensioenopbouw biedt vrijheid

Eigen pensioenopbouw gaat niet alleen over genoeg geld om later niet op droog brood te hoeven kauwen, maar ook over keuzevrijheid: eerder te stoppen met werken, minder uren maken of zonder zorgen geld aan leuke dingen uitgeven bijvoorbeeld. Hoe eerder u begint, hoe meer keuzevrijheid u later heeft.

Eenvoudig beginnen met pensioenopbouw

Beginnen met het regelen van uw pensioen hoeft niet ingewikkeld te zijn:

• • • Begin klein. Ook € 25 per maand telt mee. Dat geeft tijd om te wennen aan het idee en om uw situatie beter in kaart te brengen.
    • Automatiseer. Stel een incasso in zodat u ongemerkt vermogen opbouwt.
    • Bekijk uw situatie. Controleer of u een pensioentekort hebt en wat u daaraan kunt doen.
    • Vergelijk uw opties. Wilt u sparen, beleggen of allebei? Met een pensioenrekening kunt u profiteren van een mooi belastingvoordeel, al zijn er wel bepaalde spelregels.

Wachten kost geld

Maar hoe langer u wacht, hoe lastiger het wordt om genoeg op te bouwen. Elke euro die u nu apart zet, kan meteen voor u aan het werk. Het beste moment om te beginnen is vandaag.